Op 24 augustus werden tegen de valavond 2 jonge kerkuilen vrijgelaten. Na een uitleg over het hoe en waarom werd er overgegaan tot de vrijlating. Onder het oog van een 60-tal buren en medewerkers kregen de jonge uilen opnieuw hun vrijheid terug. Nadien kon er nog wat nagenoten worden van de ervaring bij een glaasje vlierbloesemsap.
Wij bedanken alvast alle geïnteresseerden, medewerkers en buren voor de interesse en Ugo voor het vlierbloesemsap.
Het hele verhaal:
Persbericht van Natuurpunt–Vogelwerkgroep ARDEA
Kerkuilen op het nippertje gered te Edegem
Vogelbeschermers laten twee jonge uiltjes vrij na revalidatie Op 30 mei ll. werd door amateur-ornitholoog Raf Beyers een dode, ongeringde kerkuil aangetroffen in de berm van de snelweg E19 te Kontich. Deze prachtige maar zeldzame vogel was allicht het slachtoffer geworden van het drukke verkeer. In die tijd van het jaar zijn de kerkuilen druk op zoek naar veel voedsel, zoals veldmuizen die in grasvelden en wegbermen voorkomen, om hun pas geboren jongen te voeden. Door hun lage vlucht over de grasbermen worden ze dan wel eens aangereden door een vrachtwagen. De kerkuil (Tyto Alba) of witte uil is bij wet beschermd en komt in Vlaanderen jaarlijks nog met zo’n 500 à 800 paartjes tot broeden, vooral in de nestbakken die speciaal voor deze soort worden geplaatst in landelijke schuren en op zolders door vrijwilligers van Vogelbescherming Vlaanderen. Ook in de zuidelijke Antwerpse stadsrand komen nog enkele koppels voor, in de fortengordel en in de resterende boerderijen en kasteeltjes, waar ze tevens gebruik maken van kerkuilbroedkasten die daar door de Natuurpunt-vogelwerkgroep ARDEA werden geplaatst. De vondst van de dode kerkuil deed bij de plaatselijke vogelbeschermers Marnix Lefranc en Eddie Schild meteen een belletje rinkelen. Enkele weken voordien hadden zij immers in Edegem, nabij de Boerenlegerstraat, een broedgeval van kerkuilen vastgesteld. Ze vroegen zich af of de getroffen vogel één van de broedende kerkuilen uit de Boerenlegerstraat zou kunnen geweest zijn? Na enkele dagen observaties van de broedkast werd vastgesteld dat er helaas zeer weinig beweging was. En waar was de tweede oudervogel gebleven? Een verlaten nest? Op 8 juni werd voorzichtig de broedkast geopend om te kijken of er eieren of pulli (jongen) aanwezig waren. Eddie Schild : ‘Tot onze grote verbazing troffen we een nest aan met vier pasgeboren uilskuikentjes, waarvan één reeds dood was en zo goed als opgepeuzeld door de anderen. Een tweede uiltje was er heel erg aan toe en de twee anderen zaten er erg hongerig en verzwakt bij. Alles wees erop dat de jonge en ondervoede kerkuiltjes aan hun lot waren overgelaten, en gedoemd om allen van de honger te sterven.’
De eigenaars van het terrein zouden kort daarop op vakantie vertrekken, zodat een dagelijkse opvolging ter plaatse niet verder mogelijk was. In overleg met de ervaringsdeskundigen van de Kerkuilwerkgroep (een werkgroep van Vogelbescherming die al meer dan 30 jaar kerkuilbeschermingsprojecten opzet) werd daarom besloten de jonge uiltjes uit de broedkast te halen en hen onmiddellijk over te brengen naar het Vogelopvangcentrum te Kapellen (VOC). Aanvankelijk verging het hen daar niet zo goed. Voedsel werd uitgebraakt, en één van de drie jongen overleed na enkele dagen. Er was weinig hoop dat de jonge kerkuilen het zouden overleven. Gelukkig keerde het tij. Na enkele dagen berichtte het VOC aan Marnix en Eddie dat de twee jonge uiltjes toch begonnen te eten, stukje bij beetje, van met een pincet gevoerd vlees. Dankzij de goede zorgen en het eindeloos geduld van de deskundigen daar werden de kuikentjes grootgebracht tot jonge uiltjes.
Sinds enkele weken verblijven ze in ruime vliegkooien, waarin ze zelfstandig leerden jagen op prooien en hun vleugels konden ontwikkelen om te vliegen. Nu zijn ze klaar om zelfstandig te overleven in de vrije natuur en is het tijd om hen vrij te laten. Dat gebeurt dicht bij hun thuisbasis in Edegem, zodat zij hun territorium kunnen herkennen. Door de alertheid van de lokale vogelbeschermers en de goede samenwerking met het VOC werd zo een mooi verhaal geschreven, waarbij de dood van één kerkuil er toch toe leidde dat twee jonge uilen werden gered. Het voorkomen van een broedgeval van de kerkuil in onze verstedelijkte omgeving is bijzonder en daarom veelzeggend voor de biodiversiteit in onze regio. Ondanks de verkavelingen en infrastructuur komen nog zo’n drie uilensoorten hier regelmatig voor, zo blijkt uit het regionaal uilenonderzoek dat ARDEA sinds 2014 voert.
Kerkuilen, maar ook steenuilen en bosuilen plukken massa’s muizen, mollen, regenwormen en insecten van het veld, uit parken, tuinen en wegbermen maar zijn erg kwetsbaar voor verkeer en gif dat wordt gebruikt om muizen te verdelgen. Ook het in gevangenschap houden van uilen (en andere roofvogels) doet de vrije vogels geen goed: vaak worden ze mishandeld, en leidt het tot incest en stroperij. Zieke en gekruiste soorten die ontsnappen of worden losgelaten zorgen voor verzwakking van de inheemse uilenpopulaties. Het houden van uilen en roofvogels als huisdier of als commercieel showbeest is dan ook niet goed te keuren. Deze prachtige en uiterst nuttige wilde dieren horen nu éénmaal in de vrije natuur thuis. (De stad Antwerpen was in mei 2017 de eerste Vlaamse gemeente om roofvogelshows op publiek plaatsen te verbieden en gaf daarmee een belangrijk signaal.) Natuurpunt, haar duizenden vrijwilligers en tienduizenden leden, zet zich al jaren in voor natuurbescherming in het algemeen, zowel op gewestelijk als lokaal niveau. De afdelingen Natuurpunt Zuidrand en Natuurpunt Hobokense polder zijn in de zuidelijke Antwerpse regio als decennia in de weer om de natuur te behouden en versterken. Onder impuls van Vogelbescherming Vlaanderen werkt de regionale Natuurpunt-Vogelwerkgroep ARDEA nu al enkele jaren erg gericht aan het opnieuw creëren van meer geschikte broedplaatsen (speciale nestkastbakken) voor kerkuilen en steenuiltjes in natuurgebieden in o.a. Edegem, Hove, Wilrijk en Hoboken, en aan het beschermen van hun natuurlijke leefgebieden. Dat verhoogt de lokale natuurwaarden en draagt sterk bij tot een dichtbije-natuurervaring.
Wie een uil in zijn omgeving ziet of hoort wordt steevast verwonderd, en heeft geen behoefte aan gekooide uilen. Wie éénmaal een uil in de schemering boven een weiland op veldmuisje heeft zien jagen, heeft levenslang geen behoefte meer aan roofvogelshows. En daarom dus werd ook bij de familie Van Rossum in de Boerenlegerstraat te Edegem vorig jaar een uilennestbak geplaatst. Om uilen hier in alle vrijheid meer kansen te geven. Het is dan ook erg plezierig en met veel trots, te kunnen aankondigen dat twee geredde kerkuilen van eigen bodem weldra boven de Edegemse weiden zullen rondvliegen, in alle vrijheid. Binnenkort zullen ze in de regio hun eigen territorium zoeken, of uitzwermen naar de Kempen of wie weet zelfs Engeland … en hopelijk ooit ook tot broeden komen. Natuurpunt wil dit verhaal en dit moment delen met buurt bewoners, sympathisanten en lokale beleidsverantwoordelijken en nodigde hen allen (waaronder ook de burgemeester van Edegem) uit om aanwezig te zijn op de vrijlating van de twee jonge kerkuilen, op donderdag 24 augustus om 20.30 uur in de weiden aan de Boerenlegerstraat in Edegem.